GSM terreur

"Hoe is het schat? Hoe gaat het met de kinderen, missen ze me een beetje? Tot vanavond schat, ik verlang naar je. Doeiiii." Het viel nog mee dat hij zijn lippen niet tuitte en kusgeluidjes liet horen. Ik zat in de hal van een groot hotel, vlak bij de draaideur en kon iedereen zien binnen komen. Ook deze man die met zijn GSM aan z'n oor door de draaideur binnenkwam en kennelijk met z'n vrouw in gesprek was. Hij drentelde wat heen en weer en liet mij mee genieten van het privé-gesprek. Dat ik het kon horen interesseerde hem vermoedelijk helemaal niets. Hij zag mij zitten, want hij keek naar mij, maar ging rustig op luide toon verder. Tijdens het gesprek bleef hij met zijn hoofd knikken en met z'n handen maakte hij allerlei bewegingen om zijn woorden kracht bij te zetten. "Doeiii." Het gesprek werd beëindigd en de GSM opgeborgen. Zijn gezicht veranderde, zo van, dat heb ik tenminste gehad, nu maar weer over tot de orde van dag. Met snelle stappen ging hij één van de conferentiezalen binnen. Het is schitterend een tijdje in de hal van een hotel te zitten mensen te bekijken en ze te horen. Vooral dat laatste, horen. Komt een man met gezwinde pas door de draaideur met ook zo'n GSM-apparaat aan zijn oor. "Waar zit je?" Hij schreeuwt het bijna uit. "Oh, zit je daar. Oh, ik kan je zien." Vanuit de hotelhal loop je zo een brasserie binnen. Dacht je dat deze man, nu de GSM uitzette, vergeet het maar. Al schreeuwend door de microfoon van de GSM ging hij de brasserie binnen en ja hoor, daar zat zijn afspraak ook met de GSM aan het oor. Zelfs nu ging de GSM niet uit. Ze schudden elkaars hand en bleven praten via de GSM. Zo maf van de mobiletelefoon zijn sommigen geworden. Zelf hebben ze het niet eens in de gaten. Kijk ik naar buiten zie ik voor de ingang van het hotel iemand lopen, drukpratend met ook zo'n mobiel geval aan het oor. Doet een paar stappen naar binnen, maar loopt dan weer naar buiten. Te zien is dat het gesprek steeds heftiger wordt. Hij begint zelfs wat rood aan te lopen. Dan met een klap doet hij het klepje op het sprekersgedeelte van het apparaat dicht en rent half struikelend het hotel binnen. Het gesprek heeft zijn bloeddruk kennelijk naar een behoorlijk hoog niveau gestuwd. Met een boze blik kijkt hij in mijn richting, alsof ik er iets aan kan doen. Ik trek mijn wenkbrauwen dan ook wat op. Is een mobiletelefoon een zegening of is het gewoon terreur. Persoonlijke gesprekken, daar moet iedereen maar van meegenieten. Niet fluisterend, maar schreeuwend pijnigen ze de microfoon en andermans oren. Het is gewoon terreur.